Op zondag 6 oktober kondigde Donald Trump de terugtrekking aan van Amerikaanse troepen uit het noorden van Syrië, waardoor Turkije groen licht kreeg om het noordoosten van Syrië binnen te vallen.
Op woensdag 9 oktober lanceerde het Turkse leger een militair offensief in het noorden van Syrië. Ongeveer 100 mensen werden gedood door lucht- en grondaanvallen.
De verklaring van Donald Trump sloeg in als een bom voor de Koerden en bood een kans voor Erdogan, die zich haastte om zijn strijdkrachten te verzamelen en het noordoosten van Syrië binnen te vallen.
Als lid van de NAVO is het eenvoudigweg onaanvaardbaar dat Turkije illegale acties zoals de invasie van Noord-Syrië opzet. Deze militaire operatie kan talrijke bloedbaden onder de burgerbevolking veroorzaken en tot grotere spanningen leiden, in een reeds onstabiel land en een regio die reeds sterk aangetast is door diverse buitenlandse conflicten en interventies.
Als vredesbeweging zijn wij van mening dat de buitenlandse militaire interventies in Syrië de regio destabiliseren in plaats van een einde te maken aan de oorlog en regionale instabiliteit. We roepen de partijen op om volgende maatregelen te nemen:
1. Turkije moet als lid van de NAVO sterk veroordeeld worden door de Europese lidstaten en er moet druk worden uitgeoefend op de Turkse autoriteiten om zich onmiddellijk terug te trekken uit de Syrische gebieden en om het internationaal en humanitair recht na te leven;
2. Alle wapenhandel met de verschillende groepen die betrokken zijn bij het conflict moet stoppen;
3. Op basis van Resolutie 2254 van de Verenigde Naties, moet er een globale oplossing worden voorzien voor de Syrische crisis.
De resolutie roept op tot een volledig herstel van de soevereiniteit en eenheid van alle Syrische landen. Zij roept ook op tot de terugtrekking van alle buitenlandse troepen en de beëindiging van alle buitenlandse interventies om tot een alomvattende en democratische oplossing te komen. De resolutie onderstreept tevens dat alle Syriërs – met inbegrip van de Koerden – aan het onderhandelingsproces moeten deelnemen om hun huidige problemen op te lossen en een vredesproces tot stand te brengen dat zou leiden tot verzoening en eerbiediging van de collectieve en individuele rechten in de regio.
4. Europa en zijn lidstaten moeten strijden tegen elke vorm van buitenlands interventionisme dat erop gericht is de soevereiniteit van een staat, in dit geval Syrië, in gevaar te brengen of een hele regio, in dit geval het Midden-Oosten, te destabiliseren.
Geschreven door Fiona Ben Chekroun
Vertaling door Nicky Gabriëls