George Floyd werd vermoord in de Verenigde Staten op 25 mei 2020. Op 16 juli is de Speciale Commissie voor het eerst samengekomen die zich zal buigen over het Belgisch koloniaal verleden. Het kan snel gaan. In België heeft de moord op Georges Floyd en de strijd tegen het racisme snel de link gelegd met het racistisch, gewelddadig en koloniaal verleden in Congo.
Zo staat het debat over het bloedig Belgisch verleden in Congo staat weer in de schijnwerpers. De discussies over de standbeelden van Leopold II in onze openbare ruimtes, en de excuses van Koning Filip n.a.v. 60 jaar onafhankelijkheid van Congo kwamen onverwacht. En in juni kondigde de Kamervoorzitter een waarheids- en verzoeningscommissie aan die nu een Speciale Commissie is geworden en die zich zal buigen over het Belgisch koloniaal verleden in Congo, Rwanda en Burundi.
We verwelkomen dit historisch moment dat het resultaat is van een lang gevecht van het middenveld en meer bepaald de organisaties van mensen van Afrikaanse afkomst.
Op dit moment slaat de Commissie de weg in van de verzoening tussen volkeren en een blik op het verleden. Dat lijkt ons niet de goede insteek. Waarom ?
Spreken over verzoening tussen volkeren insinueert dat de Belgische, Congolese, Rwandese en Burundese bevolking met elkaar in conflict lagen en nog steeds met elkaar in conflict liggen. Terwijl de Belgische politici, de Kerk, de Koninklijke familie en haar multinationals de verantwoordelijken waren van de kolonisatie. De Commissie moet het daarover hebben, over die verantwoordelijken en de ruimte creëren opdat slachtoffers vrij het woord kunnen nemen.
Het lijkt ons duidelijk dat de Commissie die discussie centraal moet zetten : wie waren de verantwoordelijken van de kolonisatie? En de ruimte creëren opdat slachtoffers vrij het woord kunnen nemen.
Heeft deze commissie de politieke ambitie om zich te buigen over de neokoloniale mechanismen die nu nog steeds spelen, of zal ze zich beperken tot het verleden ?
Hoe kan een zo brutaal en gewelddadig verleden bedekt worden met de mantel van verzoening ? Want laat het ons duidelijk stellen : het koloniaal verleden is niet ONS koloniaal verleden, maar die van de Koninklijke familie, de Kerk en Belgische bedrijven. Het was een project van de bourgeoisie, die meermaals het zwaar geschut heeft ingezet tegen Congolese arbeiders. Het is die Belgische bourgeoisie, Franstalig en Nederlandstalig, die haar rijkdom opgebouwd heeft op de rug van de uitbuiting van Congo sinds eeuwen tot op vandaag.
De 11 rijkste Belgische families vergaarden hun rijkdom dankzij een racistisch systeem. De familie Lippens beheert de grootste suikkerrietplantage in Congo en blijft tot vandaag winsten maken met haar bedrijf Finasucre.
België zet haar neokoloniaal beleid voort door multinationals te steunen in Congo en de Rwandese regering die grondstoffen blijft plunderen in Congo. Onder het mom van ontwikkelingssamenwerking financiert België grote bedrijven zoals de Groep Forrest International, Bank of Africa en Feronia. België steunt eveneens de Rwandese regering van president Paul Kagame die Congo meermaals intensief heeft aangevallen en die gewapende groepen blijft steunen in Oost-Congo. De economische uitbuiting van Congo blijft belangrijk voor België.
Als België zich uitspreekt over de interne Congolese politiek, is het om haar belangen te vrijwaren en die van haar bedrijven die winsten maken in Congo. Denk maar aan de vraag van Didier Reynders, indertijd Minister van Buitenlandse Zaken, om de nieuwe Congolese landbouwwet te hervormen, die het land wilde beschermen van landroof door buitenlandse actoren. Het discours van België over mensenrechten, goed bestuur, … zijn een manier om de aandacht af te leiden van de economische inzet. Net zoals in de tijd van de kolonisatie worden economische belangen beslecht onder het mom van humanisme.
Het koloniaal verleden onder de loep nemen moet het heden dienen. Daarom is het belangrijk om te wijzen op die mechanismen van dominantie tijdens de debatten in de Speciale commissie. We zijn dan ook blij dat onderzoek naar de economische uitbuiting deel uit zal maken van het werk van de commissie.
Het debat leeft dankzij de anti-racisme beweging en zoals historicus Amzat Boukari stelt: “Het racisme gaat over een geheel van ongelijkheden of tekortkomingen gemaakt om de dominantie van de ene over de andere te rechtvaardigen. Dominantie betekent dat de ene zich eigen maakt van de andere (slavernij) en dat de rijkdommen van zijn land worden ontgonnen (kolonisatie). Als gevolg zijn de geschiedenis van slavernij en kolonisatie onlosmakelijk verbonden aan het racisme. Een wereldwijd roofmechanisme dat tot vandaag bestaat en dat racisme in stand houdt. Een eerlijke strijd tegen het racisme, dat product is van kapitalistische en koloniale slavernij, gaat noodzakelijkerwijs gepaard met een strijd tegen het neokolonialisme.”
Jongeren van Afrikaanse afkomst ondervinden vandaag hetzelfde racisme op de huurmarkt, op school, op de arbeidsmarkt, op de werkvloer en op straat. Het feit dat Leopold II nog steeds op zijn piédestal staat draagt bij aan het racisme. Waarom heeft het zo lang geduurd opdat deze jongeren werden gehoord?
Deze verenigingen hebben in deze Commissie slechts een passieve rol. Is het niet net tijd om te luisteren naar de eisen van deze organisaties als we echt een strijd willen voeren tegen structureel racisme ? We zijn niet akkoord met het feit dat er geen vertegenwoordigers van organisaties van Afrikaanse afkomst aanwezig zijn op de expertenlijst. We vinden ook dat er niet voldoende garantie is dat er structureel contact zal zijn met het Congolees parlement, wetenschappers en Congolese sociale bewegingen.
Opdat deze Commissie geen lege doos zou worden vragen we : geen verzoening, maar rechtvaardigheid voor de slachtoffers van de kolonisatie en het aanduiden van de echte verantwoordelijken. Pas dan kan een concreet actieplan worden opgesteld om de strijd aan te gaan tegen structureel racisme en Belgisch neokolonialisme. Laat ons daar samen voor gaan !